
Sant Ruyter | geactualiseerd lente 2019 | leestijd zo’n 8 min |
Woonideeën zijn er genoeg, regels zijn er nóg meer. Dus hoe vind je je weg hierin? We laten je meekijken, hoe wij het aanpakken om een nieuwe generatie van landgoederen te introduceren – dorpslandgoederen.
Hoe ons werk begon, welke hobbels we namen, wat we leerden én hoe we verder gingen
Wij – Sant & Solange Ruyter – zijn partners in leven en werk. Wij werden door iets gegrepen dat ons niet meer losliet.
We wilden nadenken over de ideale leefomgeving, voor ons en ons gezin dat we wilden vormen. We ontwikkelden werkenderwijs het concept dorpslandgoed – leven in verbinding met de aarde en elkaar. En dat eerste dorpslandgoed komt er nu, in Flevoland, onder de naam ‘t Eemgoed.
Dit is in een paar zinnen waar we járen mee aan het werk zijn geweest. En nog.
Wij werden onder meer geleid door ‘it takes a village to raise a child’
We noemden ons conceptplan een dorpslandgoed.
Dat verwijst naar het dorpse karakter van dit nieuwe landgoed: betrokken bij je leefomgeving, ieder op z’n eigen manier, voor alle leeftijden en levensfasen. Een modern landgoed met compacte woningen in combinatie met een brede waaier aan gedeelde voorzieningen.
En de landgoed kwaliteit, is in onze woorden, een compléte leefomgeving. Voor mens, dier, plant. Waar diversiteit en kringlopen – van voedselketen, seizoen wisselingen tot aan geboorte en dood – deel zijn van je leefomgeving. Wij ervaren dat het sterk refereert aan een ‘oergevoel’ dat veel mensen herkennen.
Denken in de traditie van landgoederen
Wij zagen een nieuwe logica ontstaan.
Namelijk een plaats in de ontwikkeling van landgoederen. Zo kennen we de Historische landgoederen (vanaf de 17e eeuw), de Nieuwe landgoederen (regeling vanaf eind 20e eeuw) en dan nu de dorpsLandgoederen (vanaf begin 21e eeuw).

Een niet meer te stoppen gesprek
Wij spraken over onze plannen met gemeenten, provincies, natuurorganisaties, het ministerie van Economische Zaken, InnovatieNetwerk, het Nationaal Groenfonds en vele anderen. Ons plan werd genomineerd voor de natuurprijs en we maakten kennis met de toenmalige staatssecretaris Sharon Dijksma op de natuurtop van 2013.
En dat gesprek loopt door, tot op de dag van vandaag.
Krentenieren
De staatssecretaris zei: ‘goed plan, doen, maar dan wel op een behoorlijke schaal’. Zo werd onze droom een plan en kreeg het een bedrijfsmatige opzet. Wijzelf hingen onze banen aan de wilgen, gingen krentenieren (slim leven en ondernemen van je spaarcenten) en concentreerden ons op de uitvoering van onze plannen.
Hoe vér kom je in Nederland met nieuwe woonideeën?
In Nederland een nieuw woonidee realiseren is een héééle grote uitdaging.
Ideeën genoeg, regels zijn er nóg meer. We kwamen er snel achter dat je zoiets voltijd en professioneel moet aanpakken. Tenminste als je echt wilt doorzetten.
Toen gebeurde er iets wonderlijks
We kregen het verzoek (van meerdere gemeenten) om de leefstijl dorpslandgoed in een reizende vorm te ontwikkelen.
Het idee werd: duurzame verplaatsbare woningen op tijdelijke locaties plaatsen (onder de naam Kompost). Veertig maanden later moesten we vaststellen dat de huidige ruimtelijke ordening, zoals bestemmingsplannen, geen perspectief bieden voor een duurzaam vervolg. Iets waar die Gemeenten zelf ook niet op gerekend hadden.
We hebben toen de projectvoorbereidingen gestopt, die al in een vergevorderd stadium verkeerde. Velen waren teleurgesteld. Wij natuurlijk ook. 40 maanden leergeld, maar we gingen wel verder. Terug naar de basis, het dorpslandgoed.
De doelgroep ‘culturele creatieven’
Ondertussen was ons al duidelijk dat velen deze leefstijl omarmen.
Er is een groeiende groep Nederlanders die zo wil leven. Mensen die het logisch en fijn vinden om betrokken te zijn bij hun leefomgeving. Denk aan voedsel, energie, natuur, nabuurschap. Mensen die graag wekelijks een paar uur actief zijn in hun leefomgeving.
En omdat je met vele handen bent op een dorpslandgoed, is dat uitstekend te combineren met je gewone leven.
Er is een naam voor deze doelgroep: ‘cultural creatives’. Mensen, huishoudens die bewust kiezen voor dat oergevoel om meer in verbinding te leven.
Een serieus onderzoek heet een haalbaarheidsstudie
We noemen hier een paar goede casussen die we hebben gedaan. Dan kijk je mee in onze keuken, naar een paar haalbaarheidsstudies.
In samenwerking met Natuurmonumenten en het Ministerie van Economische zaken deden we een haalbaarheidsstudie in Brummen. In de periode 2010 – 2013. Het ging om een plan van 20 hectaren landgoed met 24 landschap bedekte woningen.
Hoe ging het verder?
Er ontstond grote onrust onder de boeren in het gebied. De angst was dat boerenbedrijven ‘op slot’ (verbod op uitbreiding) zouden gaan door de komst van een landgoed. Wat ook niet hielp: Natuurmonumenten Gelderland wisselde precies in die periode van personele samenstelling. En daarmee raakten we onze ‘ambassadeurs’ kwijt. Einde plan.
We maakten een plan voor Apeldoorn
De gemeente Apeldoorn schreef een prijsvraag uit.
Wij maakten er een plan voor (zie beeld hieronder). Ondanks de behoefte van deze gemeente aan bijzondere woonvormen, was zij niet in staat de benodigde woningaantallen beschikbaar te stellen. Belangrijkste reden: de gemeente Apeldoorn kwam nog maar net uit een ernstige financiële crisis. Dan is er grote behoefte aan voorspelbaarheid en weinig ruimte voor vernieuwende initiatieven.

Toen ontvingen we een uitnodiging van de gemeente Almelo
Ook deze casus ging goed van start.
Totdat deze gemeente in politieke problemen kwam. Tot onze spijt leerden we in drie jaar tijd vier wethouders kennen op hetzelfde dossier. Ja dat lees je goed vier wethouders in drie jaar. Én de gemeente werd onder financieel toezicht geplaatst. Dat bleek ruim voldoende om een kansrijke ontwikkeling te beëindigen.
Ons landelijk onderzoek wees uit dat er een grote potentiële doelgroep was, met de bereidheid naar dit deel van het land te verhuizen. Echter op zo’n moment maakt dat niet een verschil.

Genoeg geleerd. Nu pakken we het zo aan
Het is fijn om in korte tijd (toch nog wel een paar jaar) veel te leren. Dan weet je waarmee je verder wilt én waarmee níet. Dit is hoe we het nu aanpakken (op hoofdlijnen):
1 – In Oosterwold is de planologie er klaar voor: bouwen kan, landschap kan, zelfvoorziening kan.
2 – In teamverband realiseren we nu ‘t Eemgoed. Het ontwerp van Landschap, Architectuur en Woonvereniging is in ervaren professionele handen.
3 – Het wordt een compact landgoed dat we in één keer kunnen ontwikkelen. Van 7 hectaren met zo’n 80 huishoudens. Met woningen van 45 m2 tot 150 m2, en een ‘landhuis’ voor de gedeelde voorzieningen.
4 – Wat we níet doen, is ook van belang om te weten: geen zelfbouw en (sociale) huur. We lopen nu de kortste weg.
Is je belangstelling gewekt?
We kunnen je op de hoogte houden, laat in dat geval je belangstelling blijken.

0 reacties